Arbeidsongeschiktheid: Zzp’er kiest sparen boven verzekeren

In het begin van 2023 gaf 65% van de zzp’ers aan een financiële voorziening te hebben tegen het risico van arbeidsongeschiktheid. Dit aantal is de afgelopen jaren gestegen van 59% in 2020 en 63% in 2021. Dat laten de cijfers van tweejaarlijkse Zelfstandigen Enquête Arbeid (ZEA) van TNO en het CBS.

Er worden verschillende financiële voorzieningen benoemd. De arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) is daar een van. Daarnaast geeft 37% van de zzp’ers aan indien nodig terug te kunnen vallen op spaargeld of beleggingen. Sinds 2019 is dit de grootst toegenomen voorziening. Een schenkkring, zoals een broodfonds, wordt de laatste jaren ook populairder.

Keuze verschilt per beroepsgroep

De keuze van financiële voorziening bij sprake van arbeidsongeschiktheid verschilt per beroepsgroep:

  • 29% van de agrariërs zegt het risico op arbeidsongeschiktheid af te kunnen dekken met de waarde van het bedrijf.
  • 60% van de zelfstandige ondernemers in de ICT geeft aan spaargeld of beleggingen paraat te hebben.
  • Creatieve en taalkundige beroepen kiezen voornamelijk voor een schenkkring als financiële voorziening.

Ondanks dat vele beroepsgroepen een andere financiële voorziening achter de hand te hebben dan de AOV, kiezen toekomstgerichte ondernemers vaker voor de AOV. Daarnaast dekt de waarde van het bedrijf voor hen ook het financiële risico.

Geen financiële voorziening?

Zelfstandige ondernemers die niet zijn verzekerd voor arbeidsongeschiktheid hebben verschillende redenen:

  • De kosten wegen niet op tegen te baten (46%)
  • Kunnen de kosten voor een verzekering niet betalen (32%)
  • Het financiële risico kunnen ze zelf dragen (25%)
  • Kunnen terugvallen op het inkomen van hun partner (20%)
Komt er een verplichting aan?

Voordat het kabinet viel afgelopen vrijdag 7 juli 2023, werden er veel discussies gevoerd over het verplichten van aov voor zzp’ers. Gezien het kabinet nu demissionair is, zal dit onderwerp vooruit worden geschoven totdat er een nieuw kabinet. En dat zou nog 1,5 jaar kunnen duren. Brancheclub Netwerk Zelfstandig Ondernemers (NZO) vindt dit betreurend. Ook Frank Alfrink, voorzitter van Stichting ZZP Nederland geeft aan dat voortgang op dit onderwerp eigenlijk niet kan wachten.